Schimmelnagels

Naar schatting heeft meer dan een kwart van de Nederlanders een schimmelinfectie aan de teennagels. Met name ouderen, mensen met diabetes mellitus (suikerziekte) of een lage weerstand lopen een verhoogde kans op het krijgen va schimmelnagels (ook wel 'mycosenagels', in de volksmond 'kalknagels' genoemd).

Schimmels gedijen het beste in een vochtig klimaat en zijn erg besmettelijk. Verkeerd groeiende of beschadigde teennagels van warme, vochtige voeten zijn extra gevoelig voor schimmelinfecties.

Zo kunt u een schimmelnagel herkennen:

  • de nagel verdikt of verhard
  • de nagel wordt bobbelig
  • de nagel brokkelt af
  • de nagel verkleurt (van roze naar wit of geel naar donkergeel/oker)
  • de nagel kan loslaten (geleidelijk aan of meteen)
  • het gebied rondom de nagel kan pijn doen of jeuken

Wat kunt u zelf doen?

Het oplopen van een schimmelinfectie aan de teennagels is in veel gevallen te voorkomen, door het nemen van een aantal simpele maatregelen:

  • Was uw voeten dagelijks, liefs zonder zeep.
  • Droog uw voeten goed af, vooral tussen de tenen.
  • Draag sokken van absoberend, natuurlijk materiaal als wol of katoen.
  • Vermijd zoveel mogelijk het dragen van synthetische kousen of panty's.
  • Trek elke dag schone sokken aan.
  • Draag zoveel mogelijk open schoenen, of schoenen van echt leer.
  • Wissel regelmatig van schoenen, draag schoenen niet te lang achter elkaar.
  • Desinfecteer schoenen en sokkken met schimmelwerend middel.
  • Draag altijd slippers in openbare ruimtes al kleedkamers, douches of sauna's.